Door een voorkeurstem meer gewicht te geven, hoopt het kabinet de kloof tussen kiezers en gekozenen te verkleinen. ‘Kandidaten komen sneller dan nu in de Kamer.’
Tot de dossiers die na haar afwezigheid door ziekte op minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken, D66) lagen te wachten, behoort het rapport van de Staatscommissie Parlementair Stelsel. Onder voorzitterschap van VVD-coryfee Johan Remkes deed de commissie in december 2018 liefst 83 aanbevelingen om de band tussen kiezer en gekozene te verstevigen.
Het kabinet kwam in juni 2019 met een eerste reactie. Over een aantal aanbevelingen wilde de ministersploeg van Rutte III nog langer nadenken. Vandaag heeft Ollongren een brief naar de Eerste- en Tweede Kamer gestuurd met vijf kabinetsbesluiten.
1 Wijziging kiesstelsel
Op het stembiljet kan ik straks ofwel voor een partij kiezen, ofwel voor een kandidaat op de lijst van die partij. Wat is daarvan het voordeel?
Ollongren: ‘Als je op de partij stemt, zeg je: ik vind dat ze een mooie lijst hebben samengesteld. Of je zegt: ik wil op een specifieke persoon van die partij stemmen. In de uitwerking van het nieuwe stelsel telt die stem dan zwaarder.’
Hoe?
‘De voorkeursdrempel vervalt. Nu moet een kandidaat met voorkeurstemmen 25 procent van de kiesdeler halen. Dat hoeft straks niet meer. Je hebt dus als kiezer met jouw ene stem meer keus. Je zegt: ik steun de partij en de lijst, dan kruis je het logo van, zeg, D66 aan. Of: ik ga voor een kandidaat, want die vindt iets wat ik ook vind, of die komt uit mijn regio, of het is een lijsttrekker die ik sympathiek vind. Dan kruis je die naam aan.’
U hebt ook varianten bekeken. Vallen die af?
‘Ja. Deze toch grote wijziging, die in 2006 al door het Burgerforum is geopperd, heeft de charme van de eenvoud. Het is geen complexe grondwetswijziging, maar een verandering van de kieswet. De evenredigheid blijft gewaarborgd, dat was de laatste grote wijziging van het kiesstelsel ruim honderd jaar geleden. En ze dicht de door Remkes vastgestelde kloof tussen kiezers en gekozenen. Partijen zullen hier bij de samenstelling van hun lijst rekening mee gaan houden en kandidaten komen sneller dan nu in de Kamer, Europees parlement, provinciale staten en de gemeenteraad.’
2 Wet op de politieke partijen
Waarom is het nodig een politieke partij te kunnen verbieden?
‘Dat is niet het doel van deze nieuwe wet, maar wel het ultimum remedium. Nu is er alleen een regeling voor alle organisaties, terwijl politieke partijen een bijzondere positie hebben in onze democratische rechtsstaat. De wet wil dat duidelijk maken en zorgen dat die partijen over allerlei zaken transparant zijn. Als je de hele escalatieladder afloopt, inclusief de rechter, heb je uiteindelijk de mogelijkheid van een verbod als een partij een bedreiging is voor de democratische rechtsorde.’
Veel mensen zullen meteen denken: dit is tegen PVV en Forum voor Democratie gericht.
‘Ik kijk niet naar specifieke partijen in de huidige constellatie.’
Is het gericht tegen de mogelijk externe beïnvloeding van binnenlandse verkiezingen?
‘Nee, ook niet. Dat moeten we wel in de gaten houden, maar het gaat vooral om een gemis in de wetgeving dat er niets specifieks is geregeld voor zoiets belangrijks als politieke partijen.’
Partijen moeten vanaf een bepaald ‘drempelbedrag’ transparant zijn over wat ze uitgeven aan digitale campagnes en microtargeting. Wat is dat bedrag?
‘Goede vraag, maar dat hebben we nog niet bepaald. Vergelijk het met giften, daarover moet je ook transparant zijn na een bepaalde drempel.’ (Voor giften 4.500 euro, red.)
3 Jongeren en democratie
Jongeren mogen toch niet stemmen vanaf hun 16de. U leek daarvoor te voelen.
‘Remkes noemde het een normatieve, politieke kwestie. De Raad voor het Openbaar Bestuur adviseerde wel positief. Daar wilden we toch naar kijken. Remkes stelde dat er geen empirisch bewijs is dat verlaging van de kiesgerechtigde leeftijd betrokkenheid van jongeren vergroot. Het strookt ook niet met de algemene meerderjarigheidsgrens in het Burgerlijk Wetboek en het zou een grondwetswijziging vergen.
‘Daarom kiezen we er niet voor. We stellen wel voor de leeftijd voor ondersteuning van burgerinitiatieven te verlagen naar 16 jaar. Dat kan de Tweede Kamer doen in het Reglement van Orde. Verder ben ik in gesprek met jongeren over verdere betrokkenheid bij het democratische proces. Ik probeer vanaf begin 2021 een nieuwe vorm van jongereninspraak op landelijk niveau te creëren.’
4 Bindend correctief referendum
Het kabinet maakte pas op de plaats en laat ruimte aan de initiatiefwet van SP-Kamerlid Ronald van Raak voor een bindend correctief referendum. Het kabinet is daarbij adviseur, met het positieve advies van Remkes in de achterzak. Gaat het kabinet het initiatief steunen?
‘Nee. Wij zijn als kabinet niet voor of tegen dat initiatiefvoorstel, wij zijn technisch-inhoudelijk adviseur als die grondwetswijziging straks in eerste lezing in de Kamer wordt behandeld. Dan zullen we wijzen op de drempels die ook Remkes adviseert en daarna is het aan de coalitiepartijen hoe zij hierover stemmen. Dat is hun eigen afweging.’
5 Tweekamerstelsel
Remkes adviseerde een ‘terugzendrecht’ voor de Eerste Kamer. Wetten kunnen dan niet alleen worden aangenomen of verworpen, maar ook met wijzigingen worden teruggestuurd naar de Tweede Kamer. Waarom is dat een goed idee?
‘We hebben daar wat meer tijd voor genomen en zeggen nu: dat kunnen we ons goed voorstellen, omdat het betekent dat de sluiproute van de novelle niet meer nodig is. Met de novelle amendeert de Eerste Kamer een aangenomen wet, terwijl zij daar eigenlijk niet bevoegd toe is.
‘Dit is zuiverder: de Eerste Kamer stuurt een wet met wijzigingsvoorstellen terug naar de Tweede Kamer, die alsnog het finale oordeel velt. Dat benadrukt het politieke primaat van de Tweede Kamer en maakt de Eerste Kamer rolvaster als hoeder van wetgeving die kwalitatief aan de maat moet zijn.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten